Een geborduurd Groninger stadsgezicht in het museum MUSEON te Den Haag .
In het midden tussen de naam GROENINGEN is het stadswapen van Groningen geborduurd. Linksboven is een vogel (mogelijk een raaf) geborduurd en rechts een huismerk. Het duidelijkst herkenbaar zijn v.l.n.r de Martinikerk met zijn toren zonder spits, de Broerkerk en de in rode baksteen opgtrokken Aa-kerk met eenIn de stadswallen zijn v.l.n.r. de Ebbinge- en de Boteringe poort te zien.
Afbeelding
rechts: Het (door mij ingekleurd) stadswapen van Groningen zoals deze
is afgebeeld op het titelblad van het Groningse stadboek van 1556.
Opmerkelijk zijn de dunne lange halzen van de adelaars, die op later
gedateerde afbeeldingen veel korter en dikker zijn. Het schildje tussen
de voorpoten wordt vanaf ongeveer 1570 op de borst geplaatst zoals ook
op de merklap is te zien. (Bron: Zegel wapen en vlag van de stad
Groningen, door Dr. A.T. Schuitema Meijer en W.K. van der Veen)
De tussen 1570 en 1590 gemaakte van
Tussen 1608 en 1624 werden alle muren en verdere verdedigingswerken vervangen door een veel grotere en bredere omwalling en omgrachting met nieuwe poorten en bruggen.
Het stadsgezicht uit het album amicorum 1632-1639 van de rechtenstudent Friedrich Ludwig Helder.
Het stadsgezicht
op
de kaart van Egbert Haubois 1630-1640.
Gravure uit een
der boeken van Lodovico Guicciardini
1521-1589. Deze boeken werden geïllustreerd met kaarten,
stadsgezichten en
plattegronden. Hierin ook een stadsgezicht Groningen vanuit het zuiden
met
daarop de afbrandde Martinitoren.
Als wij van deze
gravure een uitsnede van de bebouwing maken en deze
horizontaal omklappen kunnen wij deze, wat de locatie van de gebouwen
betreft,
goed gebruiken voor de vergelijking met de stadsgezichten vanuit het
noorden.
Ter vergelijking heb ik de merklap tussen de diverse stadsgezichten geplaatst met de Martinitoren op een verticale lijn. De
Het
stadsgezicht op de kaart van de gebroeders W. en F. Coenders tussen
1675 en
1680 heb ik vanwege de zeer sterke overeenkomst met die van Egbert Haubois 1630-1640 weggelaten.
1640-1660
Omstreeks
1500 werden er al traditionele torenspitsen vervangen door elegante
peervormige
bollen met open ornamenten, die later vaak dicht gemaakt werden.
Overigens
moeten we er wel rekening mee houden dat de afbeelding niet op alle
punten
overeenkomen met de toenmalige werkelijkheid. De toren van de A-kerk is
in de
16e eeuw meerdere malen hersteld, waarbij er
momenten geweest kunnen
zijn dat er wel of geen ui op spits zal hebben gezeten. In Prins Maurits, in 1619 werd de toren
hersteld met
materiaal verkregen uit afbraak van de St. Walburgs kerk, in 1671 door
een
blikseminslag en op 23 april 1710 stortte de toren voor de tweede keer
onder
hevig geraas nogmaals in.
1640-1660
Het stadsgezicht
op de kaart van de
gebroeders W. en F. Coenders tussen 1675 en 1680
Haubois
1630-1640 en het stadsgezicht van
1640-1660 een torenspits met daarop een Ui hebben gehad.
Zichtlijnen
Door op de
kaart een zichtlijn van de achterkant van de martinikerk en rechterkant
van
Ebbingepoort te trekken kunnen wij de positie van de aanschouwer van
het
stadsgezicht bepalen. De lijn loopt naar het noordwesten en snijd in
het
Noorder plantsoen de in het verlengde van de huidige Nieuwe
Boteringestraat
liggende Moesstraat. Een grotere afstand lijkt gezien de detaillering
van de
gebouwen niet waarschijnlijk. Waaruit blijkt dat de afbeelding van voor
de
grote uitbreiding van de stad in 1615-1624 moet zijn gemaakt
Als wij
vervolgens vanuit dit punt lijnen naar de belanrijkste gebouwen
trekken die daar omstreeks 1600 stonden kunnen wij de torenspitsen van
namen
voorzien.
Lijst van de
mogelijke
gebouwen volgens de zichtlijnen v.l.n.r. op volgorde van de zichtlijnen
1
Walburgkerk 1627
6
Martinitoren
11
Pelstergasthuis
2 Martinikerk / Prinsenhof
7 Rodeweeshuis
12 Broerkerk 1895
3 Poelepoort
1828
8 Raad- en wijnhuis
1775
13 Aa-kerk
4
Ebbingepoort 1608/1629
9
Boteringepoort 1608/1629
14 Jacob en
Anna gasthuis
5 Jacobijnen
klooster 1674
10 Heerepoort 1600/1616
15 Buiten Aapoort 1620
Jaartal(en)
achter de naam geven het
moment of periode van afbraak.
Op
de merklap
zijn tussen de Poelepoort (3) en de Martinitoren (6) drie
torenspitsen te zien. De torenspits achter het schip van de Martinikerk
zou de
Jacobijnen kloosterkerk (5) kunnen zijn. Dit komt overeen met de
locatie
volgens de zichtlijnen, maar dan moet deze wel voor de Martinikerk
staan in
plaats van er achter. De Walburgkerk (1) en het Prinsenhof (2) moeten
volgens
de zichtlijnen links van de Poelepoort (3) staan. Ook staat het
Prinsenhof voor
en niet achter de kerk, tenzij het een torenspits op het schip van de
Martinikerk betreft. Mogelijk heeft de maakster uit artistieke en of
practische redennen deze locaties enigszins aangepast. Zo zou het
plaatsen van
de kloosterkerk en het prinsenhof voor de Martinikerk de duidelijkheid
van de
Martinikerk niet ten goede komen. Mogelijk heeft de maakster van de
merklap ten
gevolge van bebouwing en of begroeiing geen goed beeld van het linker
deel van
de stad gehad en dit naar beste weten ingevuld. En dan is het
aannemelijk dat
je deze gebouwen rechts van de poelepoort binnen de stadsmuren plaatst.
Als de
A-kerk vanwege de rode bakstenen in rood is geborduurd, kan de
Walburgkerk mogelijk
vanwege de loden dakbedekking in blauw zijn geborduurd. Volgens een
beschrijving in Wikipedia werd de loden dakbedekking van de Walburgkerk
tijdens
een belegering gebruikt voor de produktie van kogels. De lokaties van de andere gebouwen komen
redelijk overeen met
de plaats die ze volgens de zichtlijnen zouden moeten hebben.
De
molens
Op de
merklap staan links van de Aa-kerk geen molens. Dit komt overeen met de
molens
die op de kaart van Nicolaas Geelkerken in 1616 zijn getekend. De molen
bij de
Kranepoort op de kaart valt volgens de zichtlijnen buiten de Aa-poort.
Dit komt
overeen de molen op de merklap. Tussen de zichtlijnen van de Aa-poort
en de
Aa-kerk bevinden zich op de kaart nog twee molens. Deze staan ook op de
merklap, maar dan iets te veel naar links. De meest linkse molen voor
de
Aa-kerk op de merklap staat niet op de kaart afgebeeld.
Windhanen
en Latijnse
kruisen
Zoals op de
merklap te zien is waren de meeste torenspitsen voorzien van een
windhaan met
windkruis. Dit komt overeen met oude tekeningen van deze gebouwen. De
windhaan
diende niet alleen voor het aangeven van de windrichting maar diende
van
oudsher vooral om het gebouw te beschermen tegen blikseminslag. Men
geloofde
dat de haan het onheil kon afweren waardoor het ook wel weerhaan werd
genoemd.
Tijdens de kerstening zocht men om de haan te handhaven naar een
relatie met de
bijbel. Het werd gevonden in de verloochening van Jezus (Markus 14:72).
De
torenspits van het Jacob en Annagasthuis heeft mogelijk ten gevolge van
Rooms-katholieke invloeden een Latijns kruis en geen windhaan. Zo kon
in 1539
het aantal plaatsen met 5 worden uitgebreid door een legaat van mr.
Ulphart
Sibrandes, proost te Loppersum. Een proost is een geestelijk leider van
een
Rooms-katholieke instelling.
De
torenspitsen van de Poelepoort en Aa-poort zijn eveneens voorzien van
een
Latijns kruis. Op oude tekeningen zijn deze echter voorzien van een
vlag.
Verder zien we nog een Latijns kruis op het schip van de Aa-kerk of er achter en op de Pelster gasthuis.
Torenklokken
Huismerk
en vogel
Het
merk doet ook denken aan een Christusmonogram waarbij het andreaskruis
onvoltooid is. Dit is echter onwaarschijnlijk, want als wij de twee
schuine lijnen doortrekken komen wij in conflict met de letter P en de
drie lijntjes links, die overigens kenmerkend zijn voor een huismerk.
Ter onderscheiding van het merk van een broer die het zelfde merk
gebruikte werd aan het oorspronkelijk merk een streepje toegevoegd of
weggelaten. Ook is de horizontale lijn niet in overeenstemming met het
Christusmonogram. Huismerken
zijn veel ouder dan familiewapens en werden in heel noord west Europa
gebruikt.
Het op de merklap geborduurde huismerk is mogelijk een verwijzing naar
de
familie van de maakster. Helaas heb ik deze in de diverse bronnen
waaronder de
uitgebreide verzameling huismerken in “Groninger
gedenkwaardigheden” niet
kunnen vinden.
Ook
de
geborduurde vogel kan een verwijzing naar de familie van de maakster
zijn.
Mogelijk is het de gouden raaf die de familie Raeve als familiewapen
voerde.
Deze
familie Raeve komt voor in de kwartieren van de in 1679 te Oldehove
begraven Anna Clara Maniel, dochter
van jonkheer
Johannes van Maneel en Johanna Maria Kijff
(of Kuiff). Zij trouwde 04-06-1671 te Oldehove met de Jonker
/ Hoofdeling
Doedo Alhard Huninga van Oostwold 1647-1685. Zij woonden op de Englumborg ten noordwesten van de stad
Groningen, even ten noorden van Oldehove. Haar tante Anna Catharina
Kijff (ook
genaamd Frens), weduwe van Tjaert tho Nansum hertrouwde in 1652 met
Herman de
Sighers. Zij woonden op de borg Hankema,
ten westen van Groningen bij Zuidhorn.
De familie Kijff voert drie
vogels (mogelijk
kieviten) in hun familiewapen.
ANNO
1679,
DEN 15 JANNUARI, STURF DE HOOGEDELGEBOREN VROUW ANNA CLARA HUNNINGA
GEBOREN VAN
MANIEL, VROUW OP ENGLUMBORGH, OUT 30 JAREN, 7 MAANDEN, 21 DAGEN.
Kwartieren:.
MANIEL - KYFF. / ENTENS - MEPSCHE.
/
OLDENBOECKUM - VOORST. / UFKENS - BEUSLAEGER. /NAGEL - SCHLANNYG. /
HOLDINGD -
MUNSTER. / VAN DER GOEY - RAEVE. /
ENTENS - MEDOOG. GDW,
blz. 548, nr. [3017].
Conclusie
Er is geen
afbeelding van de stad gevonden die precies overeenkomt met de merklap.
Waardoor
het niet waarschijnlijk is dat de lap in de 18e
eeuw naar een
voorbeeld uit de 16e
eeuw is gemaakt. Het zal
dus een origineel werk
zijn dat tussen 1577 en 1640 door een adellijke dame of meisje uit een
welgestelde familie is geborduurd. Zij zal ten noorden of ten westen
van de
stad hebben gewoond en vrijwel zeker omstreeks 1610 voor de voltooiing
van de
stadsuitbreiding (1624) en de Martinitoren (1627) met het borduren zijn
begonnen. Mogelijk heeft zij er meerdere jaren aan gewerkt en als een
der
laatste gebouwen de A-kerk hebben geborduurd toen deze was voorzien van
een ui
als torenspits. Maar de absolute zekerheid betreffende de datering van
het doek kan alleen worden verkregen door materiaal technisch
onderzoek, bijvoorbeeld door een C14 tijdsbepaling van
het doek, verfstoffen en of garens.
Bronnen:
Merklap:
http://www.museon.nl/nl/collectie-online
Gravures:
http://wereldaanboeken.ub.rug.nl/
https://www.groningerarchieven.nl
Martinitoren:https://nl.wikipedia.org/wiki/Martinitoren
https://historiek.net/geschiedenis-van-de-martinitoren-in-groningen/41972/
Sint-Walburgkerk:
https://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Walburgkerk_(Groningen)
https://nl.wikipedia.org/wiki/Der_Aa-kerk
https://www.blgroningen.nl/locaties/deraakerk/geschiedenis
http://www.redmeralma.nl/huismerken.htm
Borgen:
De Ommelander borgen en steenhuizen, door: W.J. Formsma, R.A. Luijtjens –Dijkveld Stol en A. Pathuis.